Een medicijn heeft een werking en vaak ook bijwerkingen. Soms is de werking van medicijnen van invloed op hoe je beweegt of sport. Ook bijwerkingen kunnen een rol spelen. Deze invloed kan negatief zijn, maar ook positief. We bespreken enkele voorbeelden.
Bij een bewegingsstoornis is de uitvoering van een
beweging verstoord, of er treden ongewilde bewegingen op. Verschillende medicijnen kunnen bewegingsstoornissen veroorzaken. Zo staan middelen tegen psychose en verwardheid (antipsychotica) hierom bekend. Maar ook andere medicijnen, zoals bepaalde antidepressiva of middelen tegen epilepsie, kunnen een bewegingsstoornis veroorzaken. De hoogte van de dosering heeft invloed op deze stoornissen. Bij een hogere dosering is de kans op bewegingsproblemen ook groter.
“Er zijn medicijnen die een bewegingsstoornis tegengaan.“
Merk je dat je een (beginnende) bewegingsstoornis hebt? Neem dan contact op met je arts. Soms kan de dosering van je medicijn omlaag of is een ander medicijn mogelijk. Ook zijn er medicijnen die de bewegingsstoornis tegengaan.
Medicijnen hebben soms een positieve of negatieve invloed op de sportprestatie. In sommige gevallen worden ze zelfs als doping gezien. Het is belangrijk voor wedstrijdsporters om daarmee rekening te houden.
Wanneer een medicijn een positief effect heeft op de sportprestatie, is het over het algemeen doping. Ook als je het gebruikt ter behandeling van een ziekte. Doe je niet aan wedstrijdsport, dan is dat geen probleem. Doe je dat wel, dan kun je dispensatie bij de Dopingautoriteit aanvragen. Dit is een soort vrijstelling zodat er voor jou een uitzondering wordt gemaakt. In de Dopingwaaier zoek je op of jouw medicijn doping bevat.
In de praktijk gaan dispensatieaanvragen vaak over:
Wanneer je aan het sporten bent gaat je hartslag omhoog en gaan je longen wijder open staan, je alertheid en reactievermogen nemen toe. Hierdoor presteer je beter. Sommige medicijnen gaan deze natuurlijke lichamelijke reactie tegen en hebben een nadelig effect op de sportprestaties.
Ook alcohol en tabak zorgen voor mindere sportprestaties. Alcohol heeft, zeker in grotere hoeveelheden, een negatieve invloed op het reactievermogen. En door roken neemt de zuurstofopname af. Ons advies daarom: rook niet en drink geen alcohol of drink met mate. Wees extra voorzichtig tijdens het sporten als je medicijnen gebruikt die het reactievermogen beïnvloeden. En gebruik je een bètablokker en heb je hier last van tijdens het sporten? Overleg met je arts of apotheker of er een andere mogelijkheid is.
Gebruik je medicijnen en vermoed je dat je last hebt van een bijwerking? Of wil je advies over je medicijnen in combinatie met sporten? Of wil je een bijwerking bespreken zoals vermoeidheid, spierpijn of spierkramp? Maak een afspraak met je Service Apotheek.
Google+