Ga naar hoofdinhoud

TIP 21

Weet dat jouw huisarts en apotheker nauw samenwerken.

TIP 21

Weet dat jouw huisarts en apotheker nauw samenwerken.

Verborgen teamwork:

samenwerking huisarts en apotheker

Wist je dat apothekers en huisartsen veel contact hebben over medicijnen, bijwerkingen, tekorten en alternatieven? Ze zitten samen in overleggen, volgen scholing én houden elkaar scherp. Apotheker Renate Bosma van Service Apotheek de Hertog en huisarts Frederik Heeres uit Franeker vertellen hoe zo’n samenwerking eruitziet in de praktijk.

Waar begint de expertise van de één, en waar eindigt die van de ander?

Frederik: “Als huisarts stel ik de diagnose en bepaal ik de behandeling, maar zodra het over de medicijnen zelf gaat, ligt de expertise bij de apotheker. Ik weet veel, maar Renate weet op dat vlak simpelweg meer, zij kijkt echt naar hoe medicijnen zich gedragen in het lichaam.”

Renate: “Ik heb ruim 8 jaar gestudeerd om alles te leren over medicijnen: hun werking, bijwerkingen, gevolgen bij combinaties en toepassingen bij verschillende patiënt­groepen. Zodra er een behandelkeuze gemaakt wordt door de huisarts, denken wij mee over welk medicijn het beste past.”

Hoe vaak hebben jullie contact met elkaar?

Frederik: “Bijna dagelijks. We werken in hetzelfde gebouw, dus we lopen makkelijk bij elkaar binnen of bellen even. Heel laagdrempelig.”

Renate: “Een voorbeeld? Nou, ik had vandaag nog iemand met een zwelling van de tong na een wissel van medicijn. Samen zochten we uit welk middel dat mogelijk veroorzaakte en stemden we met de cardioloog af wat een goed alternatief zou zijn. Ook bij het overzetten van antidepressiva overleg ik vaak met Frederik over het afbouwen en opbouwen, want daar komt veel bij kijken. Zulke momenten van samenwerken zijn voor ons heel normaal, maar maken voor de zorg een groot verschil.”

“Als huisarts stel ik de diagnose en bepaal ik de behandeling, maar zodra het over de medicijnen zelf gaat, ligt de expertise bij de apotheker.”

Jullie hebben ook vaste overleg- momenten. Welke zoal?

Frederik: “Bijvoorbeeld het multidisciplinaire overleg, waarin we samen met andere zorgverleners mensen in verzorgingshuizen bespreken. Of polyfarmaciebesprekingen: daarin kijken we kritisch naar het medicijngebruik van mensen die veel middelen tegelijk gebruiken. Samen beoordelen we of er medicatie gestaakt kan worden, of er middelen ontbreken en mogelijk of er bepaalde laboratoriumcontroles nodig zijn.”

Renate: “We komen ook samen tijdens het Farmaco­therapeutisch Overleg (FTO), een regionaal overleg tussen huisartsen en apothekers. Daar stemmen we behandel­aanpakken op elkaar af met apothekers en huisartsen in de regio. Denk aan: welk antibioticum gebruiken we bij een oorontsteking? Of welk antidepressivum heeft de voorkeur bij een eerste behandeling? We leggen de landelijke huisartsenrichtlijnen naast de praktijk en kijken hoe we daar op regionaal niveau gezamenlijk handen en voeten aan geven.”

Hoe zit het met scholing? Volgen jullie dat samen?

Renate: “Tijdens het FTO pakken we ook meer verdiepende onderwerpen aan. Een tijdje terug spraken we uitgebreid over schildklierproblemen bij zwangerschap. Deze problemen komen niet vaak voor, maar de impact is groot als het niet goed geregeld is. Door daar samen in te duiken, scherp je elkaars kennis aan en maak je concrete werkafspraken. Bijvoorbeeld: wat doet de huisarts, wat signaleert de apotheek en wanneer trekken we bij elkaar aan de bel?”

Leren jullie eigenlijk ook iets van elkaar?

Frederik: “Zeker! Ik bewonder de scherpe blik van apothekers op het gelijktijdig gebruik van meerdere medicijnen. Renate stelt heel terecht de vraag: ‘Is dit nog nodig? Is dat nog veilig?’ Dat dwingt mij om opnieuw te kijken naar wat er in het verleden is voorgeschreven en of dat nog past bij de situatie van nu.”

Renate: “Van huisartsen leer ik om de rust te bewaren. Soms zie ik iets in een dossier waarvan ik denk: dit moet nú opgepakt worden. Maar in het overleg stellen huisartsen vaak precies de juiste vragen en kijken ze naar het hele plaatje: hoe het met iemand gaat, wat er verder speelt, wat iemand belangrijk vindt en of directe actie echt nodig is. Dat helpt mij om beter te kunnen afwegen en niet alleen naar labwaarden of richtlijnen te kijken, maar vooral ook naar de mens erachter.”

Achter de schermen gebeurt veel meer dan mensen zich realiseren. Wat vinden jullie daar eigenlijk van?

Renate: “Aan de ene kant hoort dat ook bij ons vak: we doen ons werk niet voor de schouderklopjes, maar omdat we willen dat mensen de best mogelijke zorg krijgen. Toch vind ik het jammer dat er zo weinig zicht is op wat er allemaal bij komt kijken. Mensen zien vaak alleen het moment waarop ze een doosje meekrijgen, maar beseffen niet altijd dat daar al controles, overleg en keuzes aan vooraf zijn gegaan.”

Frederik: “Het is dubbel: ik vind het mooi dat onze samenwerking zo vanzelfsprekend en goed geregeld is, maar ergens zou het best wat zichtbaarder mogen. Niet per se voor onszelf, maar om het vertrouwen van mensen te versterken. Als mensen weten dat er een heel team meekijkt en meedenkt over hun gezondheid, geeft dat ook rust.”